De Protestantse Gemeente Dedemsvaart beschikt over drie gebouwen, te weten:
De Antenne
De Fontein
Van Dedemkerk
De Antenne
De kerk is gebouwd in 1995, eigenlijk aangebouwd aan een bestaand gedeelte. Het werd een ruimte met ronde wanden die de gemeente moeten omhullen. De kleine openingen geven een venster op de wereld. Het indirecte daglicht en de rondgaande lijnen in de wanden versterken het gevoel van intimiteit en saamhorigheid. Op één plek breekt die omhullende wand open en blijft alleen het constructieve geraamte over, de gevel wijkt om plaats te maken voor het licht dat van boven invalt. Dat is de plek waar de ogen van de gemeente gericht zijn op het kruissymbool in de kerk.
De hoek van de gevel aan het parkeerplein aan de entreekant is heel opvallend. Deze hoek onderscheidt zich van de andere gevels doordat de vorm rond, hellend en uitwaaierend naar boven is. Hij is van roestvrijstaal gemaakt, een materiaal dat het licht vangt en teruggeeft en levendig is als water. Er zitten deukjes in die symbool zijn voor het geloofsleven. Daarin loopt ieder mens ook wel deuken op maar de basis is en blijft goed.
De entree is niet opvallend omdat het oog direct op de roestvrijstalen wand valt aan de kant van het plein. Als je binnenkomt is echter meteen duidelijk dat rechts het kerkelijk centrum is. Door de glazen wand waarin deuren kunnen worden geopend, is het kruissymbool te zien. Aan de linkerkant is de garderobe te vinden, de toiletten, de verschillende werkruimtes en de lokalen. Ook is er het restaurantgedeelte waarin de gemeente na de dienst een kop koffie kan drinken.
Het orgel
Het orgel is gebouwd door de fa. Patijn uit Wapenveld. Er is veel ruimte gegeven aan gemeenteleden die hebben meegewerkt om het orgel op te bouwen. Er is twee jaar aan het orgel gewerkt, op 12 februari 1999 is het nieuwe pijporgel in gebruik genomen. De indeling van het orgel is traditioneel, het Bovenwerk middenboven, daaronder het Hoofdwerk en aan weerskanten achter de zijtorens het pedaal. De gebruikte houtsoorten zijn Amerikaans grenen voor de orgelkas, eiken/mahonie voor de windladen, eikenhout en redwood voor de klavieren en pedalen. Het totale aantal pijpen bedraagt 1199.
Van het oude orgel aan de kerk Langewijk zijn de Fagot 16', Octaaf 8'en een groot octaaf van de eiken Holpijp 8' gebruikt. De registers zijn uitgebreid met een aantal pijpen waarmee het pedaal nu 30 tonen bevat.
Dispositie:
Hoofdwerk (C-f3)
Bourdon 16 af c (C-H comb.S16)
Prestant 8
Roerfluit 8
Octaaf 4
Gedekt 4
Octaaf 2
Cornet IV af a
Mixtuur 1 1/3’IV
Trompet 8 B/D
Bovenwerk (C-f3)
Holpijp 8
Gamba 8 af c (C-H in Holp. 8)
Prestant 4
Open Fluit 4
Nasard 2 2/3
Woudfluit 2
Terts 1 3/5 af a
Dulciaan 8
Tremulant
Pedaal (C-f1)
Subbas 16
Octaafbas 8
Koraalbas 4
Fagot 16
Koppelingen:
HW + BW
P + HW
P + BW
De Fontein
Dit gebouw is in 2002 aangekocht omdat meer ruimte zeer gewenst was. In 1961 is het gebouwd als medisch centrum, congiergewoning en drie zusterwoningen. Uitgebreid tot wijkgebouw in 1981 totdat de Hervormde gemeente het overnam. Via de hoofdingang aan de Hoofdvaart-zijde is de ruime kerkzaal te zien met daaraan gekoppeld een keuken. Ook ontbreekt het niet aan vergaderzalen.
Iedere zondagavond wordt er een kerkdienst gehouden waar zo'n vijftig bezoekers aanwezig zijn. De diensten worden begeleid op een heus pijporgel, geschonken door een inmiddels overleden lid die het gebruikte als thuis- en lesorgel voor zijn muziekleerlingen.
Van Dedemkerk
Kruisvormige kerk met torentje op de kruising. Gebouwd als Ned. Hervormde kerk.
In 1959 werd de kerk gemoderniseerd en daarbij werd tevens een nieuwe kansel geplaatst. De kansel uit 1834 werd daarbij afgevoerd. Bij de restauratie van 1988 werd een passende kansel gezocht en deze werd gevonden in die van de, begin jaren 1970 buiten gebruik gestelde, Nieuwezijds Kapel te Amsterdam. Deze kansel is gemaakt omstreeks 1630.
De Hervormde gemeente maakt voor haar kerkdiensten gebruik van de monumentale kruiskerk aan de Hoofdvaart in Dedemsvaart. Dit kerkgebouw werd in 1834 in gebruik genomen, het moment waarop ook de hervormde gemeente is ontstaan.
Het aantal zitplaatsen bedraagt tegenwoordig ongeveer 900, een aantal dat in de begin jaren nog niet beschikbaar was. Naar behoefte plaatste men meer zitbanken in de kerk tot de kerkzaal vol stond met banken. Rond 1920 zijn de oost- en westgalerijen in gebruik genomen. De galerij op het noorden is gelijktijdig met het orgel in 1870 in gebruik genomen.
In 1874-1875 werd de kerk uitgebreid met de bouw van een consistorie omdat er een groeiende behoefte was aan een ruimte voor catechisaties en vergaderingen. In 1970 werd deze weer afgebroken om plaats te maken voor een grotere consistorie. In 1935 werd aan de pastorie een serre gebouwd als dank voor het feit dat de toenmalige predikant had besloten in Dedemsvaart te blijven en het beroep naar een andere gemeente niet had aangenomen.
In 1958 werd de pastorie verder aan de eisen van die tijd aangepast. De tand des tijd liet ook het kerkgebouw niet onberoerd en in de eind jaren vijftig van de vorige eeuw was de kerk aan een modernisering toe; banken en galerijen waren verzakt en de paden tussen de banken uitgesleten door het intensieve gebruik. Op dat moment is ook het liturgisch centrum ingericht zodat er ruimte ontstond voor onder andere de zangkoren die aan de dienst meewerkten. Het geheel kreeg een moderne uitstraling. De oude preekstoel werd vervangen voor een nieuw exemplaar.
In 1982 ontsnapte de kerk aan een totale verwoesting toen de vlammen hoog boven de bomen en de pastorie uitsloegen. Een snel ingrijpen van de brandweer kon een ramp voorkomen. In de daarop volgende jaren is eerst het exterieur gerenoveerd en daarna is in 1988 het interieur in de oude staat terug gebracht onder toezicht van Monumentenzorg. In 1997 werd het orgel gerestaureerd.
Een kerkgebouw met een rijke historie waar ook tegenwoordig de kerkdiensten worden gehouden. Het aantal zitplaatsen is inmiddels weer ruim voldoende en een deel van de diensten vindt plaats in het Gereformeerd Kerkelijk Centrum (in het kader van het samengaan van beide kerken) en in gebouw “de Fontein” naast de kerk. De kerk; de plaats waar de gemeente samen komt om Hem te eren en waar een ieder van harte welkom is.
Het orgel
- Het in 1868-1870 door Jan van Loo uit Zwolle gebouwde orgel is in 1938 door Van Leeuwen gerestaureerd en verbouwd. Gerrit Van Leeuwen reviseerde de windladen en de magazijnbalg. Ook breidde hij de omvang van het bovenwerk uit met een Gemshoorn 2′, vernieuwde de Trompet en plaatste een Nasard 2 2/3′ op de plek van de Vox Humana 8′. Op het pedaal heeft hij een pneumatische transmissie uit de Bourdon 16′ als Subbas geplaatst.
- In 1955 volgde een tweede wijziging, opnieuw door Gerrit Van Leeuwen. De Cornet werd door een Sesquialter vervangen, de Bourdon 16′ door een Quintprestant 2 2/3′ en de Mixtuur werd opgeschoven en uitgebreid. De Fagot werd van plaats verwisseld met de Trompet, zodat de Fagot nu gedeeld was. Het bovenwerk is ook gewijzigd: de Viola di Gamba werd vervangen door een Prestant 2′ en de Nasard en Gemshoorn werden een octaaf opgeschoven tot een Quintfluit 1 1/3′ en een Sifflet 1′. De Clarinet is door een Dulciaan vervangen en tenslotte heeft Van Leeuwen een Cimbel II sterk toegevoegd. De baspijpen van de oude Bourdon 16′ kregen nu een plaats op een eigen mechanische lade voor het pedaal. Ook werd er een koppeling Pedaal – Bovenwerk aangelegd.
- In 1972 reviseerde Verschueren het mechanische sleepladen-orgel. Zij hebben een nieuwe windlade voor het pedaal gemaakt en de Fagot 16′ opnieuw geïntoneerd. Op het pedaal plaatste Verschueren een nieuwe Octaaf 8′, terwijl er nog plaats op de nieuwe lade overbleef voor nog drie registers. De dispositie van het tweede klavier werd gedeeltelijk hersteld door de reconstructie van de Gemshoorn. In plaats van een Quint 2 2/3′ werd echter een Terts geplaatst.
- Klaas Bolt was als adviseur bij de restauratie betrokken. In de jaren 1996-1997 heeft de firma Verschueren een nieuwe restauratie uitgevoerd, hierbij geadviseerd door Aart van Beek. De oorspronkelijke dispositie is grotendeels gereconstrueerd. Op 25 januari 1997 is het orgel weer in gebruik genomen.
- Sinds de vorming van de PKN wordt de kerk Van Dedemkerk genoemd. De toonhoogte is a’ = 440 Hz. De stemmingstemperatuur is evenredig zwevend en de winddruk is 83 mm.
Dispositie:
Hoofdwerk: C – f3 Bourdon 16′ – 1870/1997, Praestant 8′, Holpijp 8′, Octaaf 4′, Openfluit 4′, Octaaf 2′, Mixtuur III-IV sterk – 1870/1997, Cornet V sterk (discant) – 1997, Fagot 16′ (gedeeld) – 1870/1997, Trompet 8′ – 1997.
Bovenwerk: C – f3 Praestant 8′ – C-H gecombineerd met Gedakt, Gedakt 8′, Viola da Gamba 8′ – 1875, Octaaf 4′ – 1997, Fluit 4′, Woudfluit 2′ – 1875, Clarinet 8′ – 1896, Tremulant.
Pedaal: C – d1 Subbas 16′ – 1948, Octaafbas 8′ – 1972.
Koppelingen: Manuaalkoppel (gedeeld), Pedaal – Manuaal I – 1955, Pedaal – Manuaal II – 1955.
Speelhulpen: Tremulant.